Wezenpensioen

Sinds 1 januari 2014 is er alleen nog een wezenpensioen, indien er geen wezenpensioen vanuit een actief deelnemersschap aan een pensioenregeling elders beschikbaar is. 

 

In het verleden (tot 1 januari 2014) hadden de kinderen bij overlijden recht op een wezenpensioen. Het wezenpensioen was een vast onderdeel van ATOS ML. Dit gold voor kinderen tot 18 jaar en als ze op het moment dat ze 18 jaar werden al een wezenpensioen kregen en gingen studeren werd het wezenpensioen nog verlengd tot maximaal 27 jaar. In sommige gevallen kon het Bestuur van het Pensioenfonds ook kinderen die door jou worden onderhouden als rechthebbenden aanwijzen.

 

Het wezenpensioen bedroeg 10% van de pensioengrondslag per jaar en werd maandelijks uitgekeerd. Bij meer dan 5 kinderen werd 50% van de pensioengrondslag gelijk verdeeld over alle kinderen.

 

Indien beide ouders overlijden of in het geval van een eenoudergezin ontving ieder kind 20% van de pensioengrondslag. Bij meer dan 5 kinderen werd de pensioengrondslag gelijk verdeeld.

 

Het wezenpensioen werd bij kinderen jonger dan 18 jaar uitgekeerd aan de ouder of voogd.